Na lange voorbereidingen vliegen we dan eindelijk op 15 mei 2022 naar IJsland. Na een vlucht van nog geen 3 uurtjes landen we ‘s avonds op Keflavik. We halen de huurauto op, een Suzuki Vitara 4WD en rijden in nog geen kwartier naar ons hotel.

Een dag later begint dan echt de roadtrip door IJsland. We starten met het verkennen van het schiereiland Reykjanes en maken de eerste stop bij “the bridge between two continents”. Dit is de plek waar de tectonische platen van Noord-Amerika en Eurazië elkaar raken.  Vervolgens verder naar de hotsprings van Gunnuhver. Je ziet de stoompluimen al van ver uit de grond komen….mét de bijbehorende geur van zwavel. Hier gaat de drone voor de eerste keer de lucht in en het levert hele mooie beelden op van de omgeving.         Door naar vervolgens Brimketill lava pool at sea, Krysuviker Cliffs (met tal van vogels die tegen de kliffen op huisvesten), Seltun geothermal area (nóg mooier dan Gunnuhver), Graenavatn meer, Reykjafoss waterval en de Kerid krater. Voordat we bij het hotel in Fludir aankomen maken we nog even een stop bij de tomatenboerderij Friedheimar. Hier kun je genieten van een heerlijke tomatensoep midden in de kassen.                                                                                                                                                                                                                                                                                ‘s Avonds besluiten we om nog naar de bekendste geiser van het land te gaan: Strokkur. Deze geiser spuit ongeveer iedere 5 minuten zo’n 30 meter hoog. En van daaruit rijden we nog even door naar één van de bekendste watervallen van IJsland: de Gullfoss. Wat een spektakel en geweld.

De tweede dag beginnen we ‘s ochtends aan de hike naar de Bruarfoss waterval. Heen en terug ongeveer  maar het is geen gewoon wandelpad. We lopen met regelmatig over keien en door de modder dus je moet goed opletten waar je je voeten neerzet. Het is geen zware hike en na 1,5km zien we de eerste waterval, de Hlauptungsfoss. Overdonderd door het natuurgeweld en het mooie, heldere blauwe water lopen we door naar de tweede waterval, de Midfoss. En kort daarna bereiken we dan de Bruarfoss. Ongelooflijk mooi met een brug over de rivier en waterval heen. Heel mooi om foto’s te maken. We moeten dezelfde weg weer teruglopen dus we kunnen de andere watervallen nóg een keer zien.                Daarna rijden we naar het Thingvellir National Park. Het hele park lijkt wel een filmset van Game of Thrones, ontzettend mooie plekken vind je er. Tevens ook de Oxararfoss waterval. We kopen een parkeerkaart voor alle parkeerplaatsen in het park en wandelen diverse routes. We rijden het volledige rondje rondom het meer in het nationale park en vooral de zuidkant is een prachtige route om te rijden. We verlaten Fludir en beginnen aan de route richting Vik. Eerste stop is de Uridafoss en dan meteen door naar de bekende Seljalandsfoss waterval. Maar goed dat ik op internet gelezen had om bij voorbaat al een regenpak aan te trekken want je wordt echt nat door de enorme spray die van de waterval afkomt. Je kunt achter de waterval komen en dat geeft net weer een ander beeld. Daarna nog even doorlopen naar Gljufrabui waterval. Deze ligt een beetje verscholen en je moet eerst door een stukje kloof lopen (over keien en soms even door het water) om de waterval te bereiken. Er worden nog mooie dronebeelden bij de Seljalandsfoss gemaakt. Vervolgens naar Skogafoss waar het wonderbaarlijk niet erg druk is. Er loopt een trap met 500 treden naast de waterval en ondanks de regen besluiten we toch om naar boven te lopen. En wat een gaaf uitzicht heb je vanaf boven! Je kunt boven zelfs aan een hiking trail beginnen die veel natuurschoon belooft. Helaas hebben we hier geen tijd voor.                  Dan gaan we naar een gletsjer: de Solheimajökull. Vanaf de parkeerplaats loop je een stuk om bij het uitkijkplatform te komen en daar zien we dat we makkelijk tot aan de voet van de gletsjer kunnen lopen. Heel indrukwekkend om een gletsjer van zo kortbij te kunnen zien. Dan door naar Vik en voordat we naar het hotel gaan, stoppen we eerst nog bij Dyrholaey. De zee is ontzettend ruw en klotst behoorlijk tegen de rotsen op. Ook hier is het strand helemaal zwart. ‘s Avonds gaan we nog even naar Reynisfjara beach om getuige te zijn van de enorme wilde zee. Het levert in ieder geval spectaculaire plaatses op.

De dag dat we van Vik naar Höfn rijden, regent het pijpenstelen. Dat betekent dat we een aantal dingen zeker niet zullen gaan doen zoals de hike naar de Fjardarargljufur kloof. Heel jammer maar het weer laat het niet toe. Er volgt na een uur wel een korte stop bij de watervallen Foss a Sidu en Fossalar en de stop erna zijn we al bij de Skaftafell gletsjer. Ondanks de zware bewolking zien we de gletsjer toch in de verte liggen. Een stukje verderop ligt de Falljokull gletsjer en hier gaan we ook even een kijkje nemen. En dan door naar de verrassing van de dag: Jökulsárlon gletsjer meer. We zijn met stomheid geslagen als we de enorme gletsjer ijsschotsen op het water zien liggen. Echt prachtig!  Daarna natuurlijk ook nog even naar Diamond Beach waar flinke ijsbrokken op strand liggen als enorme diamanten. Inmiddels begint het weer flink te regenen en we rijden in één keer door naar ons hotel in Höfn.                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                               Bij Höfn in de buurt ligt “Viking Village”. Ooit gebouwd als filmset maar de film is er nooit gekomen. We gaan er even kijken en je waant je op de filmset van de serie Vikings. Leuk om even gezien te hebben. Daarna gaan we naar Stokksnes en lopen daar door de zwarte duinen en proberen de berg Vestrahorn te fotograferen. Helaas ligt de berg de hele tijd in een enorm pak wolken.  ‘s Middags proberen we op 3 verschillende manieren 2 gletsjers ( Hoffell en Flaajökull ) te bereiken maar dat lukt niet door de enorme plassen water op de off road wegen. Dan nog maar even door het kleine stadje Höfn wandelen en we sluiten de dag af met een heerlijke pizza.

We vertrekken richting Egilsstadir, een stadje in het oosten van het land. We volgen vanuit Höfn eerst nog de ringweg en stoppen bij een aantal watervallen: Skutafoss, Barkinafoss en de Fossarfoss. We maken een tussenstop in het dorpje Djupivogur.                                                                                                                                                                                                                                                    Hierna wijken we af van de ringweg en nemen een zogenaamde F weg: F939. Een gravelweg die 20 kilometer door een gebergte rijdt met een helling van 17% en veel gaten. Er is veel laaghangende bewolking maar we zien toch dat de omgeving adembenemend mooi is. Op het hoogste punt (532 meter) rijden we opeens door een winter wonderland en het ziet er prachtig uit. Als deze 20 kilometer achter de rug zijn, rijden we meteen door naar het hotel. ‘s Avonds eten we gezellig in een heuse Amerikaanse diner: Skalinn diner. Hele leuke inrichting en ook nog eens lekker eten.                                                                  

We gaan naar Seydisfjördur, een charmant plaatsje in het oosten van IJsland. Hier komen ook de veerboten uit Denemarken en de Faroër eilanden aan.                                                         Vanuit Egilsstadir moet het een scenic route zijn maar door het slechte weer zien we daar niet zoveel van. Het stadje is heel kleurrijk en er staat natuurlijk het bekende blauwe kerkje met regenboogstraat ervoor. Zeer fotogeniek natuurlijk. Op de terugweg is het wat helderder en kunnen we nog een mooie view op het plaatsje zien.                                                   We houden een rustmiddag en besluiten om ‘s avonds naar de kliffen van Borgarfjördir Eystri te gaan. Deze plek staat bekend om zijn honderden puffins die er jaarlijks komen broeden. Overdag zijn ze op zee hun buikjes aan het vullen en ‘s avonds zitten ze dan allemaal op de klif. Het is 76km enkele reis vanaf het hotel en dan blijken er ook nog eens 16km wegwerkzaamheden te zijn, dus een hele ruwe gravelweg. We rijden toch door en komen in de bergen in een dikke mist terecht. Gelukkig komen we heelhuids aan op de plek er zitten inderdaad heel veel puffins…gelukkig! Het regent, het waait, het is koud ( 0° ) dus na een kwartier fotograferen vriezen onze handen er zo ongeveer vanaf. Gelukkig hebben we regenpakken aan! We rijden terug naar het hotel en het zicht is gelukkig iets beter in de bergen. En we hebben in ieder geval veel foto’s van de puffins.

We verlaten Egilsstadir en de eerste stop is Rjúkandifoss, een behoorlijke waterval. Daarna door naar één van de highlights van IJsland: de Studlagil canyon. Bekend om z’n enorme basalt kolommen en in de zomermaanden helder groen/blauw water. Pas in 2007 ontdekt en nu een behoorlijke trekpleister geworden. Je kunt er op 2 manieren komen en wij kiezen voor de makkelijkste weg: met de auto tot aan het uitkijkplatform en dan heb je mooi zicht in de canyon. We zijn er bijna alleen. De andere manier is dat je naar een andere parkeerplaats rijdt en dan een hike van 10 km maakt (heen en terug) en op deze manier kun je beneden in de canyon komen. Het is in ieder geval een prachtige plek!                               We rijden door naar Myvatn en net voor we daar zijn stoppen we bij Hverir geothermale gebied. We ruiken de zwavel al van verre afstand in de auto! Door de diverse kleuren in de grond én in de bergen is het een lust om te fotograferen. Stoompluimen komen overal uit de grond. We gaan de Diamond Circle rijden en beginnen met de eerste stop in Husavik. Hier gaan we namelijk een whale watching tour doen. Het weer zit eens mee en verheugen ons op veel walvissen. Maar helaas krijgen we er maar een paar te zien.                                    We rijden richting de kustlijn van Tjörn en zijn verbluft door de schoonheid van de ruige kustlijn én de kleur van het water. Gelukkig lukt het nog om ergens te dronen. Het levert mooie plaatjes op. Van hieruit door naar de Asbyrgi Canyon. Deze canyon heeft een hoefijzer vorm en het groene meertje Botnsjtörn is het mooiste plekje van de canyon. We maken er een korte hike en rijden dan door naar de krachtigste waterval van Europa: Dettifoss. Wat een geweld weer, heel mooi. Op grote afstand wordt je nog nat van de spray.                      We rijden terug naar ons hotel en genieten van een rustige avond.

Voordat we aan het rondje rondom het Myvatn meer beginnen, gaan we eerst naar Lake Krafla, de Viti krater. We zijn aangenaam verrast als de kleur echt turquoise blauw/groen is. Prachtig gewoon! Daarna dus naar het meer van Myvatn met oa de pseudo kraters, eiland Höfdi, de Dimmuborgir, de grot Grjótagjá (Game of Thrones locatie), Stóragja. Stuk voor stuk prachtige locaties en een supermooie omgeving.                                                                                                                                                                                                                                                                                                  Dan staat de machtige Godafoss waterval op het programma. Tsjonge jonge, wat een watergeweld weer. Je kunt de waterval aan 2 kanten bekijken, de linker kant geeft de mooiste blik op de waterval.                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                               Dan naar de hoofdstad van het zuiden: Akureyri. Hier komen we voor de eerste keer in een echte stad. Leuke koffietentjes, restaurantjes én winkels. We lopen er een uurtje rond en rijden weer verder richting Hrútey eiland. En een stukje verderop ligt het Vatnsdalshólar meer. Inmiddels is het mooi weer dus het is er erg mooi. Na ruim 300 kilometer rijden arriveren we in ons hotel in Laugarbakki.

Vanuit Laugarbakki gaan we 100 kilometer van de Arctic Road rijden op het schiereiland Vatnsnes. De complete Arctic Road is 900 kilometer maar de 100 kilometer die wij gaan rijden zijn volledig op een gravelweg. Dus dat is meer dan genoeg. We rijden de volledige weg 711, zien veel paarden, schapen én zeehonden. Uiteraard wordt er gestopt bij de bekende rots Hvitserkur en daarna gaan we naar een nog redelijk onbekende kloof, de Kolugljufur Canyon. De kloof is 40 tot 50 meter diep en redelijk makkelijk te bereiken. Aan de rechterzijde kun je ongeveer 1 kilometer langs de kloof lopen en daardoor zie je verschillende invalshoeken. Tevens zijn er 2 watervallen in de kloof en dus de moeite waard om te bezoeken.                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                       We rijden richting de Westfjorden en de eerste stop is het plaatsje Holmavik. We hebben prachtig weer en komen veel fotogenieke plekjes tegen. We zijn redelijk vroeg bij het hotel en gaan dan eerst maar naar de hot pots van Drangsnes en bij aankomst zitten die helemaal vol met mensen. Zo rustig in die Westfjorden en dan toch zoveel mensen aanwezig. We checken in en hebben verder een rustige avond.

Een dag later komt de bijzonder mooie route naar Isafjördur. De totale route is langs diverse fjorden en het is er adembenemend mooi. We hopen stiekem nog een walvis te zien maar dat geluk hebben we niet.  Isafjördur blijkt een charmant en kleurrijk stadje te zijn. Het heeft 3000 inwoners en is de grootste stad van de Westfjorden. De eerste avond eten we bij Tjöruhusid, een vis restaurant met hele goede recensies. En die recensies kloppen: we eten er heerlijk van een buffet met veel soorten vis. Echt een aanrader!                                      De tweede dag in Isafjördur gaan we nog verschillende fjorden bezoeken, zien we nog veel sneeuw en zelfs een strand.  We zijn op tijd terug in het stadje en genieten een aantal uurtjes op een terras in de zon.

Op naar waterval Dynjandi, dé waterval in de Westfjorden. We volgen het pad naast de waterval omhoog om hogerop naast de waterval te kunnen staan. Tijdens het klimmen passeren we nog een aantal kleinere watervallen maar het echte spektakel zien we dus pas hogerop. We nemen een afwijkende route naar Patreksfjördur en passeren weer enkele bergpassen en rijden veel gravelwegen. Een dag later rijden we een route waarbij we het strand Raudisandur bezoeken. Helaas liggen de gehoopte zeehonden hier niet op het strand. De weg naar het strand toe is trouwens wel even billenknijpen met z’n hoogteverschillen, haarspeldbochten en veel gravel en kuilen.                                                                                               ‘s Avonds hebben we de Baldur ferry van Brjánslaekur naar Stykkisholmur op het schiereiland Snaefellsnes. Bij aankomst rijden we in een half uur naar ons hotel. Een dag later rijden we een route van 200 kilometer om het schiereiland goed te verkennen. Hier zie je weer de vele lava rotsformaties en bijbehorende ruige kustlijnen. En natuurlijk de bekende berg Kirkjufellsnes met bijbehorende waterval. En het dorpje Hellissandur blijkt zowaar veel murals te hebben met straatart. We beklimmen de Saxhóll krater ( 385 treden ) en dit biedt boven een mooi uitzicht op het landschap. Uiteraard zien we ook de bekende Arnarstapi rots en het zwarte kerkje in Budir.

Onze laatste stop in IJsland is een feit en we rijden richting Reykjavik. Na bijna 3 weken in alle rust te hebben gereden, wordt het langzaam steeds drukker op de weg. We zijn vanuit Snaefellsnes snel bij ons hotel en beginnen meteen aan onze verkenning in de hoofdstad. Uiteraard gaan we eerst naar het Hardrock cafe en bezoeken op anderhalve dag de highlights die Reykjavik te bieden heeft. We hebben prachtig weer en genieten ook op menig terrasje in de stad.

En dan komt toch echt de laatste dag van onze vakantie eraan. Aangezien we ‘s avonds pas terugvliegen naar Amsterdam gaan we ‘s middags naar de Blue Lagoon. Lekker een paar uurtjes ronddobberen in het heerlijke warme water alvorens we naar de luchthaven gaan. Bij het inleveren van de auto blijkt dat we 4053 kilometer hebben afgelegd in dit prachtige land. We hebben dus enorm veel gezien en geen enkele kilometer heeft verveeld!                                                                                                                                                                                                                          Onder de indruk van deze vakantie vliegen we met heel veel foto’s, filmpjes en dronebeelden weer naar Nederland.